Frontaal staande figuur met lichtjes naar voren gebogen hoofd, dat een metalen kroon zal gedragen hebben, wat het uitstaan van het haar boven elk oor verklaart. Het onderkleed vertoont stijve pijpplooien boven de gordel met gesp, en verticale pijpplooien geheel onderaan. De mantel, bijeengenomen onder de rechterarm, wordt over de borst vastgehouden door een dubbel koord en twee rozetten. De linkerhand houdt tegen het lichaam een open boek waarvan de sloten verdwenen zijn. Vernieuwd werden, vermoedelijk omstreeks 1900, de gehele basis en de rechterhand met palm. Of dit attribuut aan iets oorspronkelijks zou beantwoorden, valt te betwijfelen.