Buisvormig lichaam, onderaan vierlobbig en versmallend naar boven toe. Aan beide uiteinden versierd met een reliëfbandje en boven de basis geboord. Bekroond met een arendskop die een vrucht in de bek houdt en onderaan afgezet is door vier bloemblaadjes. Onder de bek van de arend werd als haak een eendehals aangezet. Gelijkaardige voorwerpen, soms met één haak, meestal met twee haken of twee ringen, beschouwde men lange tijd als de bekroning van een dissel, als 'Radabweiser' of als teugelhouder. Feitelijk werden deze haken bevestigd aan het onderstel, boven de as van de wielen, als geleider van de lederen riemen waarin de wagen hing.