Licht ovaal lichaam, omgeven door een ring die het kanaal afsluit. Niet doorboorde greep. Op de bodem een groef, die op de rugkam opklimt. Op de ronde spiegel een kruismonogram, bovenaan door een van beide luchtgaatjes onderbroken, met twee rijen als in een visgraatverband ingedrukte stippen; grotere stippen op de bijna vlakke schouder.