Over een harnas van de hals tot de voeten, draagt de man een loshangende mantel, en over het linkeroor een grote platte muts. De handen en deels de (vooruitgestoken?) voorarmen ontbreken. Het ons onbekend gebaar zal verklaard hebben waarom de stand van het hoofd en die van het vooruitgebrachte rechterbeen parallel verlopen. Overgesneden is zeker het aangezicht.