Het gedeelte onder de gordel is door afzagen niet meer voorhanden, evenmin als de voorarmen. Bijna schouderloze gestalte, het hoofd met kroonaanzet neigt voorover en lichtjes naar de linkerschouder. Boven de borst een ovale uitholling voor een (verdwenen) sieraad, waarschijnlijk in bergkristal. Talrijke ijzeren spijkers met resten van een katoenen weefsel, geweven in lijnwaadkruising uit draden in z-winding gesponnen, laten veronderstellen dat het beeld, wel in latere eeuwen, gesluierd en bekleed werd: aan de rugzijde, boven aan de boord van de uitholling, kleven nog resten van een zijden dubbelweefsel.