Jezus, en Johannes aan zijn linkerzijde, zitten frontaal op een eenvoudige bank. De lievelingsdiscipel, kleiner, als jongeling en zonder baard, heeft zich, voor de beschouwer frontaal blijvend, tot de Heiland gebogen: het hoofd, met krulhaar en gesloten ogen, rust tegelijk op zijn neigende rechterschouder en tegen de borst van Jezus. Op zijn linkerschouder rust Jezus' linkerhand, wat Jezus zelf zeer lichtjes naar het midden doet hellen.